Museum Jan Cunen Oss
BewarenDe neoclassicistische en Rijksmonumentale villa, waarin het Museum Jan Cunen is gehuisvest, dateert uit 1888 en was gebouwd in opdracht van de zoon van een Osse margarinefabrikant. De opdracht bestond uit het verduurzamen van het museum, het publiekstoegankelijk maken van de zolderverdieping en het creëren van een nieuw entreegebouw met grand café-functie. Hierbij is de interne logistiek en indeling van het souterrain aangepast.
Het Museum Jan Cunen is winnaar van de Vakjuryprijs Mooiste Gebouw van Oss 2012-2018.
De nieuwe entree ligt aan de parkzijde, op het licht verdiepte niveau van het souterrain. Een hellingbaan leidt de bezoeker vanaf de stationszijde naar de entree. De nieuwbouw is gebouwd op de bestaande fundering van een later aangebouwde serre. In verband met de wortelpakketten van de bestaande, monumentale bomen in het park kon het nieuwe entreegebouw niet groter worden dan deze fundering.
De nieuwbouw geeft een nieuw gezicht aan het museum aan de parkzijde, en integreert een bestaand vluchttrappenhuis in een omvattend architectonisch gebaar. Het vluchttrappenhuis is bekleed met lichtgrijs strekmetaal. Het entreegebouw is maximaal transparant, en heeft een monumentale aluminium vliesgevel; de dichte delen zijn bekleed met Spaanse natuursteen en wit stucwerk. In het dubbelhoge grand café hangt een doos, eveneens bekleed met strekmetaal, waarin zich een extra museumruimte bevindt. Deze ruimte is gedacht als autonome, eigentijdse toevoeging aan de enfilade van museale ruimten.
In het bestaande gebouw is de verrommelde zolderverdieping opgeschoond en getransformeerd tot museumruimte. Door de centrale vide in het museum hier weer open te maken, wordt de ruimtelijke verbinding met de ondergelegen verdiepingen hersteld.
Er zijn diverse pragmatische oplossingen bedacht om het museum te verduurzamen, zoals het toevoegen van zonnepanelen op het dak, het toepassen van zonwerende folie op de ramen en het aanpassen van de regelinstallatie. De grote overstek van de nieuwbouw voorkomt, in combinatie met de schaduwwerking van de nabije monumentale bomen, overmatige warmtetoetreding.
Fotografie: Norbert van Onna